Latijnse naam | Photinia fraseri 'Little Red Robin' |
Plantennaam | Glansmispel, Oranjebloesem |
Familie | Rosaceae |
Soort gewas | Haagplanten , Sierheesters - Struiken |
Groeihoogte max. | 70 - 100 cm |
Bloeikleur | Wit |
Bloeimaand | Mei, Juni |
Bladkleur | Groen, Rood |
Wintergroen | Bladhoudend |
Winterhardheid | Matig winterhard |
Standplaats | Zon, Halfschaduw |
Habitat | Normale bodem |
PH bodem | Zuurminnend, Neutraal |
Speciale kenmerken | Bijen aantrekken, Vlinders aantrekken, Opvallende vruchten, Opvallende bladeren, Kuipplanten, Bos- en plantgoed |
Photinia x fraseri 'Little Red Robin' is een heester met een ronde, dichte groeiwijze met helderode scheuten in het voorjaar, verkleurend naar glanzend groen in de winter.
De bast van de jonge stengels is rood en decoratief.
Bloeit met tuilen van cremewitte bloempjes soms met een roze zweem. De geur kan wel of niet meevallen.
Begin herfst verschijnen de kleine decoratieve rode en zwarte vruchten, giftig maar gewaardeerd door vogels.
Blijft lager dan Ph.'Red Robin', wordt 1 x1m.
Plant de Photinia fraseri 'Little Red Robin' in lichte , goed doorlatende , humusrijke, zure, neutrale of licht kalkrijke grond.
Liefst niet in compacte klei en te kalkrijke gronden.
Matig winterhard, is het nodig om de plant te beschermen tegen koude en droge wind.
Een jaarlijkse snoei is voldoende om de compacte groeiwijze te behouden, deze wordt bij voorkeur aan het einde van de zomer uitgevoerd om de toekomstige bloei niet te schaden.