Tekst aangepast
WiPe
Wat betreft verdamping. Om daar iets over te zeggen moet je naar het transport kijken. Een belangrijk aspect van dat transport dat vaak over het hoofd gezien wordt is de cohesie. Door de cohesie blijven moleculen van eenzelfde soort aan mekaar plakken. In de houtvaten kun je dan een waterkolom krijgen die puur uit zichzelf aan mekaar blijft hangen. Je hebt dan heel weinig kracht nodig om die kolom in beweging te krijgen.
Jammer genoeg zijn daar ook nadelen aan verbonden. De waterkolom staat constant onder spanning. Hoe hoger de bom, hoe groter die spanning. Op hete dagen is de verdamping erg groot. De verdamping gaat dan heel sterk trekken aan de waterkolom. wanneer het dan droog is, de aanvoer van water onvoldoende groot. De waterkolom kan dan breken, waardoor het transport in dat houtvat weg valt. Omdat bij grotere bomen de spanning groter is, is het risico op breken van de waterkolom bij grotere bomen ook het grootst.
Om zich daartegen te beschermen zal de boom de verdamping beperken. In eerste instantie gebeurt dat door de huidmondjes, de stomata, te sluiten. Wanneer dan niet voldoet, gaat de boom de turgor, de celspannning, in het blad verminderen. Het blad komt dan slap te hangen. Wanneer dat niet volstaat zal de boom de bladoppervlakte beperken. Eerst door de bladeren te verkleinen. De bladrand verdroogt dan, nadien gaat het hele blad verdrogen.
Omdat de spanning op de waterkolom het grootst is in de top, start dat proces het eerste in de top. Droogte zie je dus doorgaans van boven naar beneden. Maar daar stopt het verhaal niet.
De bladeren net onder de top, krijgen minder licht en kunnen dus minder efficient aan fotosynthese doen. Te weinig licht en die bladeren sterven af, waardoor de tak topzwaar wordt, maar dat is dan weer een ander verhaal. In deze context is het belangrijk om te weten dat deze bladeren in de schaduw zitten van de buitenste, waardoor die minder licht krijgen, maar ook minder water verdampen. wanneer de huidmondjes in de buitenste bladeren dan sluiten, kan de fotosynthese hier dus nog doorgaan. Of met andere woorden, de fotosynthese vermindert, maar valt niet stil.
De groei is dan weer wat anders. Als je groei verengt tot de lengtegroei, dan is die bij de meeste boomsoorten het grootst in het voorjaar. Bij sommige soorten is er en tweede of derde groeischeut. Bij bv populieren blijft die groei de hele zomer doorgaan. aan het einde van de zomer gaat de groei verminderen en zelfs stilvallen en gaan de jonge twijgen afrijpen, ic er wordt een secundaire laag gevormd in de cellen, waardoor de jonge twijgen beschermd zijn tegen de winterkoude. Of met andere woorden, te lang doorgroeien is ook niet ideaal. Dat de groei stilvalt is dus op zich geen probleem.
Wat die Acer platanoides 'Royal Red' betreft: Ik ga er van uit dat dat een jonge boom is die pas aangeplant is. Die is dus een hoop wortels en dus opnamecapaciteit kwijt. Daardoor kan het dus dat die meer water verdampt dan dat die kan opnamen. Zeker wanneer het heet is. De boom gaat zich dan proberen beschermen op de manieren die ik hierboven al beschreven heb.
Je kan nu twee dingen doen: Je kan de verdamping beperken door blad weg te nemen. Bij kleine bomen ben ik geneigd om het blad uit te dunnen. Om de verdamping te beperken moet je geen takken wegknippen. Blad weghalen volstaat.
Een andere optie is dat je de kruin natspuit. Op die manier ga je de verdamping beperken zodat de bladeren niet gaan verdrogen.
En wat de verbranding van het blad betreft: dat is onder andere afhankelijk van de soort, de blootstelling aan zonlicht en wind en de bladkleur.
Rood blad bevat anthocyanen die beschermen tegen verbranding. De Royal Red zal dus minder snel verbranden dan geelbladige of witbonte soorten. Je kan dus niet zomaar zeggen dat bladverbranding onvermijdelijk is. Bij sommige soorten zal dat zeker gebeuren. Andere zullen geen kik geven.