Dat is sterk afhankelijk van de interpretatie van het veldwetboek.
Een wetgeving die dateert van 1886. Als je weet dat er toen nog geen leilindes bestonden...
Welke afstand moet gerespecteerd worden ten opzichte van de nabuur wanneer men beplantingen aanbrengt? Mag men bomen aanplanten op minder dan 2 meter van de grens van de naburen?
In praktijk is het vaak niet evident om de oude wetten toe te passen of te interpreteren. Neem nu inderdaad die aanplanting van leilindes langsheen de perceelsgrens. Indien leilindes worden beschouwd als hoogstambomen, dan moeten ze op 2 m afstand aangeplant worden zoals alle hoogstambomen? Kunnen ze beschouwd worden als 'andere bomen en levende hagen' en mogen ze op een halve meter van de grensscheiding aangeplant worden?
Voor mij zijn
lei lindes geen hoogstammen. Het zijn bomen die op geregeld sterk gesnoeid en onderhouden worden op een manier die vergelijkbaar is met het onderhouden van hagen. Functioneel hebben ze een grotere verwantschap met hagen dan met hoogstammige bomen.
Omdat er voorlopig geen jurisprudentie bestaat over de plantafstand van leilindes tov de perceelsgrens, is het best daarvoor contact op te nemen met uw gemeentebestuur. Zij kunnen dan kunnen antwoorden uit ervaring van inwoners die reeds met dezelfde vraag afkwamen of anders gaan zij jou wellicht na wat opzoekingswerk opnieuw contacteren met hun besluit. Bij hun opzoekwerk zullen zij wellicht buurgemeentes, politie en het veldwetboek raadplegen.
Het kan zelfs zijn dat er in uw streek regionale plaatselijke reglementen gelden. Bijvoorbeeld voor het grootste gedeelte van de Vlaamse Ardennen worden eigen maten en gebruiken aangewend bij de aanplanting van hoogstammen, laagstammen en hagen. Deze maten stammen oorspronkelijk van het Oude Land van Aalst. Door het aloude karakter van deze gebruiken hebben zij na verloop van tijd een reglementair statuut gekregen.
Indien er geen plaatselijke gebruiken gelden in de streek, dan is het Veldwetboek van toepassing. De wettelijke plantafstanden staan vermeld in artikel 35. Een levende haag die als omheining dient en geen gemeenschappelijke eigendom is, moet minstens op een halve meter van de scheidingslijn staan. Hoogstammige bomen moeten op minimum twee meter van de scheidingslijn worden geplant. Staan de bomen of hagen op de scheidingslijn, dan worden zij verondersteld gemeenschappelijke eigendom te zijn. Fruitbomen van welke soort ook mogen als leibomen, aan elke kant van de muur tussen twee erven, geplant worden zonder een afstand in acht te nemen. Is de muur niet gemeen, dan heeft alleen de eigenaar van de muur het recht hem als steun voor zijn leibomen te gebruiken.
Mits akkoord van beide eigenaars mogen hagen ook op de perceelsgrens worden geplant.
Opgelet: een draadafsluiting die met klimop of een andere klimplant wordt begroeid wordt als een levende haag beschouwd en kan dus slechts op een halve meter van de perceelsgrens, tenzij mits akkoord van beide eigenaars.
Hetgeen ik hier nu heb geschreven is wel van toepassing voor Vlaanderen en voor Nederland gelden er uiteraard andere normen. Aangezien in uw profiel geen woonplaats is aangegeven... geef ik hierbij enkele nuttige links:
Voor Vlaanderen:
http://www.ruimtelijkeordening.be/ Voor Nederland:
http://www.vrom.nl/ Laat eens iets weten wat de gemeente heeft besloten en hoe het is afgelopen.
Mvg,
Kurt Vossaert