Moestuinieren in de meimaand
Mei is een drukke tuinmaand en de favoriete periode van heel wat tuinliefhebbers. De temperaturen overdag en 's nachts stijgen, en na 15 mei - de IJsheiligen - neemt de kans op nachtvorst af. De dagen worden geleidelijk aan langer. Alles groeit nu snel en er valt zoveel te doen dat deze maand wat overweldigend kan zijn, terwijl ook de slakken, bladluizen en wilde planten overal in de moestuin opduiken. Jouw zaailingen en jonge plantjes hebben nu alle aandacht nodig!
Moestuinkalender mei
Terwijl we in het gazon onder het motto "Maai mei niet" de wilde planten gerust hun gangetje kunnen laten gaan, houden we ze in de moestuin best onder controle. Want onkruid kan al snel de jonge plantjes gaan verstikken en ze nemen bovendien heel wat voedingsstoffen en water weg uit de bodem. Voorzichtig schoffelen tussen de rijen is dus noodzakelijk. Na het schoffelen kan je een mulchlaag van 2 à 3 cm aanbrengen tussen de rijen om het onkruid te onderdrukken, maar doe dit niet als je veel last hebt van slakken want dit is voor hen de ideale schuilplaats!
Opletten voor ongedierte!
Gebruik ecologische slakkenkorrels om de eerste slaplantjes, jonge kolen, komkommers, radijzen,... te beschermen tegen vraatzuchtige slakken. Heb je een grote plaag naaktslakken, bestrijd ze dan op een natuurlijke manier met aaltjes. Deze dringen de slak binnen en scheiden er een bacterie af die de naaktslak doodt.
Lavameel kan je preventief gebruiken om planten te beschermen tegen schimmels en bacteriën, en brandnetelgier kan je inzetten om bladluizen te gaan bestrijden. Lok lieveheersbeestjes naar de tuin, want zij voeden zich met bladluizen, of bestel eenvoudigweg larven van lieveheersbeestjes om bladluizen in de moestuin, boomgaard, siertuin of tuinkas op een natuurlijke manier te bestrijden.
De koolvlieg is actief vanaf midden april tot eind mei. Houd wortelen en pastinaken en koolsoorten zo lang mogelijk onder het vliesdoek of insectengaas en let ook op voor de ajuin- en wortelvlieg of ga ze ten strijde met aaltjes tegen bodeminsecten.
Tot na de IJsheiligen
Houd vliesdoeken, bloempotten en emmers tot na de IJsheiligen paraat voor het beschermen van jong plantgoed. Jonge scheuten van de aardappelen kunnen tijdig worden aangeaard tegen de nachtvorst. Kijk uit op mooie heldere dagen die vaak worden opgevolgd door koude nachten. Na 15 mei mogen alle planten theoretisch gezien de grond in, al kan er later in de maand sporadisch nog nachtvorst optreden.
Op het einde van deze belangrijke moestuinmaand kunnen wij uitkijken naar de zomer en de langste dagen van het jaar. De groentetuin ziet er intussen goed georganiseerd uit. We noteren het weer en een vergelijken de eerste oogst met die van vorig jaar!
Wat kan je oogsten in mei?
Als het een goed voorjaar geweest is, kunnen we deze maand al van de eerste oogst genieten. Meiraapjes bijvoorbeeld, lekker knapperig en fijn van smaak. Laat nog enkele vruchten staan zodat je ook in de winter kan genieten van dikke winterrapen.
Inmiddels kunnen de eerste slaplantjes, kervel, spinazie en radijsjes geoogst worden. De eerste fruittaart maken we van de friszure stelen van rabarber. Draai de stengels onderaan de plant tot ze afbreken. Gebruik in deze periode van het jaar enkel de dikste stelen.
Wat kan je planten in mei?
Vanaf half mei mogen alle vorstgevoelige planten naar buiten. Plantgoed van courgetten hebben dan 2 tot 3 echte bladeren en mogen naar de volle grond verhuizen. Voorzie voldoende plaats, ruim één vierkante meter per plant, in de groententuin of maak gebruik van klimrekken. Doe een flinke emmer compost en een dosis organische plantenvoeding in het plantgat.
Komkommers en augurken groeien breed uit en hebben een drietal vierkante meter per plant nodig. Verplant ze, na 15 mei, van zodra ze 4 tot 6 echte bladeren hebben. Zet ze tot aan de kiemblaadjes in de grond maar let op want de stengel is zeer fragiel! Heb je een grote tuin, dan kan je pompoenen kweken. Voor één plant heb je al gauw 4 tot 5 vierkante meter nodig. Omdat deze planten veel plaats in beslag nemen, is het interessant om ze te laten klimmen. Vaak levert het een nog grotere opbrengst op en het vereenvoudigt het oogsten.
Ook tomatenplanten mogen half mei in de tuinkas of volle grond geplant worden, van zodra ze een 30 tal cm hoog zijn en net voor de eerste bloemen verschijnen. Hanteer een minimaal plantschema van 50 bij 50 cm. Heb je geen tuinkas, voorzie dan zeker een tomatentunnel of bescherm ze met een afdakje of tomatenhoes, want van natte bladeren krijgen ze de tomatenplaag. Gebruik een tomatenspiraal of stevige bamboestok om ze te steunen. De plantentoren Maxitom bestaat uit een plantenbak met waterreservoir en een plantentoren met vier niveaus, ideaal voor het ondersteunen van tomaten, paprika's, erwten,...
Aubergines en paprikaplanten die binnenskamers zijn opgekweekt mogen verhuizen naar de tuinkas. Plant ze in volle grond of in kweekzakken, zeker 60 cm uit elkaar. Wil je ze buiten uitplanten, wacht dan nog een paar weken. Zet ze overdag buiten om af te harden maar haal ze 's nachts zeker nog binnen. Op het eind van de maand kunnen ze de deur uit, opnieuw voegen we flink wat compost toe en een handvol organische mest per plant.
Aard de preiplanten tijdig aan voor het verkrijgen van mooi gebleekte stengels, op die manier haal je gelijktijdig ook het onkruid weg en maak je de grond mooi los. Vergeet niet een laag stro onder de aardbeiplantjes te leggen want de eerste vruchten komen eraan!
Aan het begin van de maand mei kan je nog de laatste aardappelen in de grond steken. Heb je ze reeds in kweekzakken geplant, blijf ze dan aanaarden.
Wat kan je zaaien in mei?
Blijf nog steeds sla bijzaaien of planten en varieer met verschillende soorten want het aanbod is groot, maar zaai niet te veel. Kropsla, Romeinse sla, ijssla, eikenbladsla, rucola, andijvie,... zorgen voor kleur en afwisseling. Zaai ook wat groene kruiden om je gerechten op smaak te brengen, denk aan basilicum, bleekselder, peterselie, oregano, munt,...
Warmoes/snijbiet kon je reeds in april zaaien, maar ook in mei is het nog mogelijk. Uitdunnen is noodzakelijk want net zoals bij rode biet kunnen er uit één zaadje meerdere plantjes groeien. Gooi de jonge plantjes niet weg maar gebruik ze in de keuken want ze zitten boordevol vitaminen!
Wil je eens meloenen proberen dan is het begin van de meimaand optimaal om ze binnen te zaaien. Buiten in de volle grond kan je rode biet zaaien, wortelen, broccoli, zomerspinazie en radijzen. Als de kans op nachtvorst volledig geweken is kan je suikermaïs proberen. Zaai per twee korrels en dit zo'n 30 à 40 cm uit elkaar. Houd de sterkste van de twee zaailingen over. Wil je deze winter witloof eten, dan is mei ook de maand om ze te zaaien.
Volgens een oud gezegde mogen bonen de maand mei niet zien, omdat ze geen koude of regen kunnen verdragen. Het eerste groen komt dus best boven begin juni. Warm voor het zaaien, de grond eerst op met een vliesdoek of geperforeerde folie en week de bonen een nachtje in water voor je ze gaat zaaien.
Vergeet niet uit te dunnen
Ben je bij het zaaien wat te enthousiast geweest en groeien de plantjes te dicht bij elkaar? Dun ze dan tijdig uit voordat ze elkaar verstikken en niet tot een volwaardige plant kunnen uitgroeien.